In het begin van een gebiedsontwikkeling is leisure vaak een fijne functie als tijdelijke benutting van de ruimte en als manier om het gebied een identiteit te geven. Daarna wordt het vaak verdrongen door andere functies zoals wonen en werken. Pas helemaal aan het eind – vaak jaren later – komt de vraag weer terug of er (wel) ruimte voor leisure is in en om het gebied; “Oh ja; dat moeten we ook nog kwijt?” Dat kan anders. Hoe maken we van leisure (en toerisme) een aanjager en permanente smaakmaker in binnensteden en nieuwe gebiedsontwikkeling?
Sprekers